Is je baby niet binnen een uur na de bevalling aangelegd? Dat is erg jammer, want het aanleggen wordt daardoor vaak bemoeilijkt. Lukt het je niet om je baby binnen twaalf tot vierentwintig uur aan de borst te krijgen, huur dan een goede elektrische kolf en breng zo de melkproductie op gang. Lukt het niet binnen een paar dagen goed aan te leggen, schakel dan een lactatiekundige in.

Je krijgt kloven
Kloven ontstaan doordat je je baby verkeerd aanlegt. Als het aanleggen niet wordt verbeterd, dan geldt hetzelfde advies als bij een baby die niet aan de borst wil of kan. Ga afkolven. Zeker als je veel pijn hebt, kan kolven verlichting geven. Door je baby een paar dagen te vingervoeden kan hij leren hoeveel borst hij in zijn mond moet nemen voor hij voeding krijgt. Ongeveer twee tot drie centimeter van een wijsvinger. Dat helpt bij het opnieuw aanleggen nadat je tepels geheeld zijn.

Je baby valt te veel af
Als je baby zeven tot tien procent van zijn geboortegewicht heeft verloren, dan is hij een stuk zwakker dan toen hij geboren werd. Het geeft aan dat hij niet genoeg voeding heeft gekregen. Hij is niet vaak genoeg aangelegd, hij is niet goed genoeg aangelegd of je productie komt gewoon wat langzamer op gang. Ga kolven en vingervoeden of eten geven met een kopje tot je baby weer op zijn geboortegewicht is. Daarna kun je opnieuw proberen je baby aan de borst te krijgen.

Je krijgt ernstige stuwing
Ernstige stuwing ontstaat meestal doordat je baby onvoldoende heeft mogen drinken, of juist niet lang genoeg heeft mogen drinken. Hierdoor worden je borsten steeds voller en voelen op een gegeven moment aan als beton. Ze worden steeds pijnlijker en het gevaar bestaat dat er klierweefsel wordt beschadigd. Meestal kun je het voorkomen door je baby de eerste twee tot drie dagen minimaal acht keer en liefst vaker te laten drinken tot hij voldaan is.

Lukt dat niet en worden je borsten steeds voller en pijnlijker, kolf je borsten dan een keer helemaal leeg. Wacht niet tot ze zo hard als beton zijn, dan zijn ze te vol en zijn alle melkkanalen dichtgedrukt. Dus kolven kan als je last van je borsten begint te krijgen en je baby de melk niet weg kan drinken. Is dit niet voldoende, dan kun je zo nodig je borsten nog eens helemaal leegkolven. Vraag raad aan een lactatiekundige. Deze weet meestal beter wat er aan de hand is dan de huisarts.

Je tepels lijken in brand te staan
Het komt wel eens voor dat al in de eerste week spruw in de mond van een baby ontstaat. Dat is een infectie met de schimmel Candida Albicans. Door het contact met je borst word jij ook besmet en krijg je een branderige pijn aan je tepels. Deze infectie geneest niet vanzelf en kan zich razendsnel ontwikkelen als hij niet op tijd wordt behandeld. Vraag een lactatiekundige om raad.

Welke kolf heb je nodig
Heel vaak wordt bij het oplossen van borstvoedingsproblemen, vooral in de kraamtijd, gebruik gemaakt van een borstkolf. De beste kolven die je kunt gebruiken hebben ziekenhuiskwaliteit en dus ook de beste kolfeigenschappen. Daarom zijn ze ook alleen te huur. Gebruik liever geen kleine elektrische kolfjes of handkolven voor het oplossen van problemen. Ze zijn gemaakt voor moeders met een goed lopende borstvoeding die na enige weken of maanden weer aan het werk gaan. Nu brengen ze je borstvoeding in gevaar. Je hoeft pas een kolf te kopen als je zeker weet dat je borstvoeding goed op gang is en je weet voor welk doel je het wilt gebruiken. Welke kolf je koopt hangt af van hoe vaak je het denkt nodig te hebben. Ga je straks weer werken, leer dan vanaf een week of vier tot zes je baby ook uit een flesje te drinken. Je voorkomt zo dat hij dat later niet meer wil.

De lactatiekundige
Een lactatiekundige is een persoon die een diploma heeft behaald van de International Board of Lactation Consultant Examiners (IBLCE). Hij of zij is dan een International Board Certified Lactation Consultant (IBCLC). In Nederland wordt een opleiding tot lactatiekundige gegeven aan de Hogeschool van Utrecht. Lactatiekundigen kunnen werkzaam zijn in ziekenhuizen, op kraam- en kinderafdelingen, bij de thuiszorg, bij kraaminstellingen en in een particuliere praktijk. Het is mogelijk dat door andere hulpverleners naar lactatiekundigen wordt verwezen.

Ouders kunnen ook zelf een lactatiekundige consulteren. Lactatiekundigen begeleiden moeder en baby wanneer er problemen bij de borstvoeding ontstaan. Dat kan variëren van aanlegproblemen tot prematuriteit van de baby of andersoortige problemen van moeder en/of de baby. Kortom, daar waar om welke reden dan ook een probleem met de borstvoeding ontstaat, kan de lactatiekundige helpen en van advies dienen.

Je kunt het adres van een lactatiekundige vinden op nvlborstvoeding.nl.